Karel Lodewijk, baron van Keverberg

Karel Lodewijk had een uitgebreide Verlichtingsopleiding genoten. Hij studeerde rechten, economie en filosofie en leerde nieuwe ideeën over de rechten van de mens. Tijdens de Franse overheersing van de Lage Landen werd Karel Lodewijk benoemd tot onderprefect van het district Kleef, wat hem de kans gaf zijn kennis toe te passen in de praktijk. Hij zag vooral veel nut in de verbetering en modernisering van inmiddels sterk verouderde landbouwtechnieken. Nieuwe grond werd ontgonnen en voor landbouw gebruikt. Daarnaast bevorderde Karel Lodewijk het gebruik van het merinoschaap, een soort met extra veel zachte wol.

Karel Lodewijk streefde ook zijn eigen academische interesses na. Hij was erg geïntereseerd in de Vlaamse primitieven, een groep Middeleeuwse Belgische schilders, en dan vooral Hans Memling. Karel Lodewijk publiceerde zelfs een klein werkje over de restauratie van een van Memling's werken. Hij publiceerde hij op gebied van geschiedkunde en staatrecht en verzamelde hij statistisch materiaal over de regio Oost-Vlaanderen. Om die reden stond hij dan ook geregeld in contact met Adolphe Quételet, een belangrijk Belgisch wetenschapper die veel gedaan heeft om statistiek in de sociale wetenschappen te introduceren. Voor zijn verdiensten werd hij in 1820 opgenomen in de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.

De baron was zeker geen kamergeleerde. Hij bleef zijn leven lang verbonden met de Nederlandse politiek. Na een grote overstroming in de regio Kleef, in het jaar 1809, stak Karel Lodewijk de handen uit de mouwen om zijn regio weer op de been te krijgen. De inzet werd beloond met een ridderteken van het Légion d'honneur door Napoleon Bonaparte. In 1815 werd Karel Lodewijk benoemd tot gouverneur van de provincie Antwerpen, twee jaar later tot gouverneur van de provincie Oost-Vlaanderen. Kort na zijn aantreden in Antwerpen werd hij ook opgenomen in de Nederlandse adelstand, als baron.

Karel Lodewijk trouwde tweemaal. Zijn eerste vrouw, de respectabele Sophie Louise Francoise von Loe, stierf in 1814. Vier jaar later vond Karel Lodewijk de liefde opnieuw in de Engelse Mary Lodge. Het nieuwe stel stond niet helemaal los van controverse: een baron die trouwde met een niet-adelijke en anglicaanse dame was destijds redelijk bijzonder te noemen. De baron, die de Verlichtingsidealen van gelijkheid waarschijnlijk nog steeds hoog had staan, kon het weinig schelen.

Als lid van de Raad van State bleef de baron ook na de afscheiding van België aanwezig in de Nederlandse politiek. Zijn verdiensten aan het einde van zijn leven waren dusdanig, dat de koning hem benoemde tot Commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Na een lang en productief leven stierf Karel Lodewijk te Den Haag en werd later bijgezet in het familiegraf te Haelen.

Functie / titel:
baron, onderprefect, wetenschapper, (kunst)historicus
Geboorte- en sterfdatum:
13 maart 1768 / 30 november 1841
Plaats geboorte:
Haelen
Plaats sterven:
Den Haag
Sekse:
Man
Woonplaatsen:
Kessel

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0