Boris Lurie & Wolf Vostell – Kunst na Auschwitz | Kunstmuseum Den Haag

Boris Lurie & Wolf Vostell – Kunst na Auschwitz | Kunstmuseum Den Haag

Het confronterende werk van kunstenaars Boris Lurie (1924 -2008) en Wolf Vostell (1932 – 1998) komt voor het eerst samen in de tentoonstelling Kunst na Auschwitz. Het zijn deze twee kunstenaars die vanaf eind jaren vijftig de Shoah (het Hebreeuwse equivalent van de Holocaust) op een radicale wijze centraal stelden in hun kunst.

In een periode waarin de oorlog voor velen onbespreekbaar was, kozen zij ervoor kunst te creëren die de kijker juist confronteert met dit pijnlijke verleden. Door de meest gruwelijke beelden van oorlogsmisdaden te combineren met oppervlakkige reclame-uitingen is hun werk tegelijkertijd een aanklacht tegen de na-oorlogse consumptiemaatschappij, die onverminderd doordenderde en geen recht deed aan het trauma die Joden en anderen hadden geleden. Voor het shockerende effect incorporeerde beide kunstenaars moderne technieken in hun kunst.

Briefwisseling 

Na een ontmoeting in New York begin jaren zestig onderhielden de Amerikaan Lurie en de Duitse Vostell een innige vriendschap, waarvan een jarenlange briefwisseling nog steeds getuigen is. Een selectie van deze brieven wordt voor het eerst openbaar gemaakt in Kunst na Auschwitz. Naast deze brieven zijn er tientallen schilderijen, tekeningen en objecten van zowel Lurie als Vostell te zien. Ook Vostells installatie Thermoelektronischer Kaugummi uit 1970, die na een recente restauratie eenmalig vanuit Museum Ostwall kan reizen, zal in het Kunstmuseum te zien zijn.  

Boris Lurie  

Als slachtoffer van de Shoah was kunst voor Lurie een vorm van traumaverwerking. Lurie werd geboren in 1924 in Leningrad, Rusland, en groeide op in Riga, Letland. Op zestienjarige leeftijd werden zijn oma, moeder, zus en jeugdliefde door de Nazi's vermoord en werd hij samen met zijn vader gevangengezet in verschillende werk- en concentratiekampen, waaronder Polte (een subkamp van Buchenwald).

Een jaar na de bevrijding emigreerde Lurie naar New York en begon daar kunst te maken. Gedurende zijn leven produceerde hij talloze schilderijen, collages en objecten. In de beginperiode maakte hij figuratief werk, donkere tekeningen waarin hij zijn traumatische ervaringen verbeeldt. De schilderijen uit de Dismembered Women serie zijn uitingen van zijn levenslange fixatie op een uiterst ambivalent vrouwenbeeld. 

Zwaarlijvige figuren

Het schommelt tussen verlangen en afkeer, tussen kracht en kwetsbaarheid, en tussen integriteit en verbrokkeling. Het zijn altijd zwaarlijvige figuren, waarbij de natuurlijke verhoudingen tussen de lichaamsdelen compleet is verdwenen. De serie grijpt terug op Lurie’s verlies van zijn vrouwelijke familieleden in 1941. Later start hij met het maken van collages, waarvan Railroad Collage (Railroad to America) uit 1963 het bekendste en meest controversiële voorbeeld is. In dit werk plaatst Lurie een pin-upmodel op een wagen waar lichamen van Holocaust slachtoffers opgestapeld liggen. In de jaren zeventig stapt Lurie over op schrijven. Tot aan het einde van zijn leven werkt hij aan zijn roman, House of Anita, en zijn memoires, In Riga.   

Confronterend oeuvre 

Lurie's werk getuigt van afkeer van een mensheid die bewees in staat te zijn miljoenen te vermoorden. Met zijn confronterend oeuvre beschuldigt hij de samenleving ervan geen rekenschap af te willen leggen over deze misdaden. Het plaatsen van de meest vreselijke oorlogsbeelden tussen alledaagse reclame-uitingen was een van Lurie’s manieren om het maatschappelijke doodzwijgen en wegkijken aan de kaak te stellen. Daarbij verafschuwde hij de kunstmarkt die meer geïnteresseerd was in financiële winst dan in artistieke expressie.

NO!art beweging

Vanuit deze overtuiging startte hij in 1959 samen met kunstenaars Sam Goodman en Stanley Fisher de NO!art beweging. In een tijd waarin visueel aantrekkelijke, in zijn ogen apolitieke, kunst als Pop Art populair was, had NO!art als voornaamste doel de realiteit van de naoorlogse samenleving onverbloemd weer te geven. Thema’s als onderdrukking, geweld en seks werden hier niet geschuwd. Tot zijn overlijden in 2008 bleef Lurie actief als kunstenaar en schrijver. Zijn werk is vertegenwoordigd in vooraanstaande collecties als het Museum of Modern Art in New York, The National Gallery of Art in Washington D.C., MUMOK in Wenen en het Jüdisches Museum Berlin.  

Wolf Vostell  

Tijdens de Tweede Wereldoorlog vlucht de Duitse Wolf Vostell samen met zijn ouders naar Tsjechië. Nadat Vostell na de traumatische oorlogsjaren terugkeert in Duitsland, start hij met het maken van kunst. Zijn werk is een reactie op de krampachtige, soms ontkennende houding die Duitsland na de Tweede Wereldoorlog aannam ten op zichten van de Shoah en vele slachtoffers. 

In de ogen van Vostell genoten Duitsers zonder enige vorm van schuldgevoel van het economisch herstel en werd het nationaalsocialistische verleden volledig verdrongen. In de jaren zestig en zeventig gaat hij de confrontatie met de Duitse samenleving aan door in de openbare ruimte kunst te presenteren waarin het oorlogsverleden en de consumptiemaatschappij centraal staat. In de performance Besetzungen uit 1969, bijvoorbeeld, nam Vostell het uiterlijk aan van een Orthodox-Chassidische Jood en begaf hij zich in delen van Berlijn waar voorheen Joodse gemeenschappen leefden maar die als gevolg van de Shoah totaal uit het straatbeeld waren verdwenen.  

Performance-, installatie- en videokunst 

Vostell wordt gezien als een pionier van de performance-, installatie- en videokunst, en sculptuur in de openbare ruimte. In de jaren vijftig begint Vostell in Parijs met het afscheuren en demonteren van affiches met als doel de oppervlakkigheid van de reclamewereld te deconstrueren. In de vroege jaren zestig werd Vostell een drijvende kracht achter Fluxus, een kunstbeweging die alledaagse dingen tot kunst verhief en zo ageerde tegen het elitarisme van de kunstwereld. 

Hij integreerde vaak tv-toestellen in zijn werk om de manipulatie door de televisie ter discussie te stellen, maar gebruikte het medium ook om zijn innovatieve videokunst te verspreiden. Vostell verwierf faam met spectaculaire performances, waarin hij bijvoorbeeld auto’s publiekelijk met beton overgoot, die ook vastgelegd werden op video. Vostells werk bevindt zich in onder meer Nationale Galerie in Berlijn, Centre Pomdipou in Parijs, Museum Reina Sofia in Madrid en vele andere belangrijke museumcollecties in Europa en de Verenigde Staten.  

Publicatie en symposium  

Bij de tentoonstelling verschijnt eind april een omvangrijke catalogus met essays van onder meer kunsthistorici Eckhart J. Gillen, Katharina Sykora, Tom Freudenheim, Rudij Bergmann, Daniel Koep en Bram Groenteman. Ter gelegenheid van de boeklancering wordt een symposium georganiseerd, waarin de impact van het werk van Lurie en Vostell op de naoorlogse kunstwereld centraal staat.  

De tentoonstelling, publicatie en symposium worden mogelijk gemaakt door de Boris Lurie Art Foundation.  

Afbeeldingen

1) Boris Lurie, Susan Sweet, 1963, verf, papier en foto's op doek, 129,54 x 109,22 cm, Boris Lurie Art Foundation 2) Boris Lurie, NO with Mrs. Kennedy, 1963. Acryl en papier collage op masoniet, 35,56 x 27,3 cm, Boris Lurie Art Foundation, 3) Wolf Vostell, Ihr Kandidat, 1961 Dé-collage, 140 x 200 cm Bruikleen van de Federale Republiek Duitsland - collectie van hedendaagse kunst, 4) Wolf Vostell, Endogene Depression Version Los Angeles, 1980. Cement op TV op tafel , 125 x 90 x 60 cm, THE WOLF VOSTELL ESTATE,  5) Boris Lurie, Combat, 1951, olieverf op masoniet, 76,8 x 92,1 cm, Boris Lurie Art Foundation, 6) Betty Holiday, Boris Lurie in zijn studio, 1962. (c) Boris Lurie Art Foundation, 7) Portret van Wolf Vostell, 1968. Met dank aan Archivo Happening Vostell. Junta de Extremadura, Spanje 

https://www.kunstmuseum.nl/     

Datum:
29 januari 2022 / 29 mei 2022
Type activiteit:

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0